Dat moet Bart Brentjens gedacht hebben afgelopen zondag, tijdens de Benelux Cup in Oss. Bij de start vertrokken met redelijk lichtlopende banden met nog redelijk wat grip. Rijdend in de achtervolgende groep achter Sven Nijs, nam hij de gok. Eén klein gebaar naar zijn monteur was voldoende om iets in gang te zetten wat we tot dusver enkel nog maar kennen uit de gemotoriseerde sporten. Nog steeds op kop rijdend van de achtervolgende groep, rijdt Brentjens de volgende ronde de materiaalpost binnen; schakelt achter de ketting op het derde kransje van onderen, stapt af en wisselt zelf zijn achterwiel. Zijn monteur wisselt het voorwiel, beide voorzien van een nóg lichter lopende band. Nog geen krappe 16 seconde later staat hij weer op de pedalen!

Vervolgens rijdt hij in nog geen halve ronde zijn achterstand op de achtervolgende groep weer dicht. De reden van deze wissel? Met een meer geschiktere band voor het parcours zou je sneller moeten kunnen rijden. De ronde tijden scheelden in dit geval eigenlijk nauwelijks en bleven vrij constant tijdens de hele wedstrijd. Een gevoelskwestie wellicht?
Gevoelskwestie of niet, 16 seconde is erg, erg snel. Zeker bij veranderende weersomstandigheden zou men hier een groot voordeel ten opzichte van de tegenstanders kunnen behalen. Mountainbiken is een tactische sport en blijkt dus nog steeds te kunnen evolueren.
Na Formule 1 techniek dus nu ook Formule 1 tactiek?